U zocht voorbeeldzinnen met daarin "steiger"
Resultaten 1 - 4 van 4
- horreln: Die planken op de steiger horrelt wat
- schoor: Een schore an een hekkepaol, ...steiger (Dwingelo)
- steekholt: Steekholt gebroekt ze bij het maken van een steiger; hij lig van de muur naor de anbinder (Weerdinge)
- steiger: Hij löp net over de raand van de steiger (Ruinen)