U zocht voorbeeldzinnen met daarin "proter"
Resultaten 1 - 6 van 6
- prootvolk: proter
- proter: Dat is een gezellige proter, die verveelt nooit (Sleen)
- proter: Die bi'j nog niet kwiet, dat is een proter (Dwingelo)
- proter: Wij moet maar op tied voren, want wij kriegt een proter vanaovend (Oosterhesselen)
- slieten: Ik wol die vervelende proter wel geern slieten, mar hij bleef op zien dooie gemak zitten (Broekhuizen)
- vervelend: Die vrouw lig aal an te kwaanseln, het is een vervelende proter (Sleen)