U zocht voorbeeldzinnen met daarin "meters"
Resultaten 1 - 8 van 8
- besmoggeln: Um an joen aantal meters te kommen, mus je de boel besmoggeln (Klazienaveen)
- meter I: De rötzooi lag meters hoog achter het hoes (Hijken)
- meter I: Ik zie der meters hoog tegen op (Sleen)
- meter I: Wie hebt meters achter in het land (Barger Oosterveld)
- ongeleugen: Op sommige plekken was de snei ongeleugen meters dik (Meppel)
- potklaai: De potklaai was meters dik (Roderwolde)
- vierdehalfvoetien: an de ene kaante verdeeld in voten en an de aandere kaante in halve meters (Pesse)
- wupper(d): Met een touwgie an een stok koj de wupper meters wied wegslaon en dan leup e nog (Beilen)