U zocht voorbeeldzinnen met daarin "bevingern"
Resultaten 1 - 2 van 2
- bevingern: Vrouwlu meugt geern stof bevingern (Nieuw Dordrecht)
- bevingern: Ie muut die lappies niet zo bevingern, daor wordt ze smerig van, zee de kraompieskerel op de mark, d (Havelte)