U zocht voorbeeldzinnen met daarin "best"
Resultaten 1 - 20 van 404
- aans: Het smaokt nich best, man het is nich aans (Roswinkel)
- achteran: Zij kwamen ook een best eind achteran (Erica)
- achterpoot: Het veulen stiet nog niet te best in de achterpoten (Buinen)
- achterpoot: De achterpote van die knopstool is niet best mèer (Beilen)
- achterumkieken: Det is gien best goed, det kik nogal umtied achterumme (Broekhuizen)
- achterweg I: Over dei stille achterweg duur ik nait best langs (Tweede Exloërmond)
- allooi: Een meid van niet al te best allooi (Dalen)
- almeugend: 'n Almeugens best wief
- anbakken: Snei wil best anbakken under de klompen (Grolloo)
- angel I: Hij kan dat best edaone hebben, hij hef wel een angeltien van zoks (Broekhuizen)
- angetrouwd: Hie hef het er niet best, hie is ok antrouwd (Sleen)
- angruien: Het haor laow aaid kört knippen, het wil toch best weer aangruien (Eexterveen)
- anieszaod: Hiete melk met anieszaod der deur kookt is hiel best aj kolde te pakken hebt (Smilde)
- anknuppen: Ie kunt er nog best een dag bij anknuppen
- anlanden: Ik wete het niet, maor hij is donkt mij niet zo best an elaand
- anslaon: ...ie wordt er wel best nat van (Geesbrug)
- anvertrouwen: Dat is oes jong best anvertrouwd, hij hef al zo vaak achter 't pèerd zeten (Hijken)
- anwillen: Het heui is niet best, mor de koenen wilt het goed an
- aobram I: Ik weit nog best, dat e vrouger altied met aobram op rug bij ons kwam (Peize)
- aovendlocht: Aovendlocht is niet zo best (Hoogeveen)