U zocht voorbeeldzinnen met daarin "tot"
Resultaten 161 - 180 van 296
- oetstellen: Waj bij dag kunt doon, moej niet oetstellen tot de aovend (Hijken)
- oettieken: Hij kan die kèrel wal van a tot z oettieken (Sleen)
- oetzetten: Zij hebt heur naokend en bloot tot het huus uutzet (Valthermond)
- ofharksel: Ofharksel bunden wij tot schotballen (Exlo)
- oflonen: As de boer je wegstuurde binnen het jaor, mus hij je oflonen tot de leste dag dat je der warkt hadde (Norg)
- ondenkbaar: Het is ondenkbaar dat hij ooit wèer tot de schulden oetkomp (Westerbork)
- oor: Hij zat tot over de oren in de schulden (Dwingelo)
- opbrengen: Die mit wegkroepertien mut opbrengen, mut eerst tot honderd tellen (Broekhuizen)
- opholden: Hie kun het niet meer opholden tot hij thuus was
- opjagen: De modder, die uut de geut kwam, weur het veld opjaagd tot de laoge dik genog was (Geesbrug)
- opjagen: Opjaogen tot ong. 40 cm (Roswinkel)
- opnimmen: Ik heb hum van top tot tien opnummen (Sleen)
- opsplitsen: Zij hadden hum een beste rits deur de jasse geven. Hij was van boven tot onder hielemaole op esplits (Havelte)
- overienkomst: Ze kunden niet tot een overeinkomst kommen (Roderwolde)
- overienkomst: Ze kunden niet tot een overeinkomst kommen (Roderwolde)
- overmaot: Tot overmaot van ramp gebeurde dat ok nog (Valthe)
- pap II: De eerappels waren tot pap kookt (Barger Compascuum)
- pèerd: Van Möppelt tot Dwingel gruit de enters tut peerde
- permissie: Dat café het tot 12 uur permissie
- piktun: Hier hadden ze tot ong. 1940 een piktunnegie veur het maken van pikdraod (Sleen)