U zocht voorbeeldzinnen met daarin "door"
Resultaten 61 - 80 van 371
- dulden: Hij kan zuk door niet dulden (Barger Compascuum)
- èende: Wat hij daor vertelt, door zit gien begun en gien èende an (Barger Compascuum)
- eierproem: Den boom, door komt lekkere aierproemen an (Barger Compascuum)
- floep I: Floep, door is weer een bigge (Barger Oosterveld)
- fok I: Dat is zo fien schreven, door mot de fokke bie op (Barger Compascuum)
- fokzeug: Hij hef door nog drei fokzeugen in het hok (Barger Oosterveld)
- gal: Door zit een dikke galle
- gehakketak: Dat gehakketak van dei baiden, door woj doodmui van (Barger Oosterveld)
- gehaktbal: Zo'n dikke gehaktballe kriej door ok nich alle dage (Barger Oosterveld)
- gekkenboel: Het was een gekkenboudel door (Emmer Erfscheidenveen)
- gemienschup: Dei lu, door wil ik niks gien gemeinschop mit hebben (Barger Compascuum)
- gemientegrond: Dat is gemientegrond, door kuj morzo niet met doen waj wilt (Oosterhesselen)
- gerak: Dat gerak van dei zwienebakken, door mot ik van speien (Barger Oosterveld)
- gerechtigheid: Door kenst niks an doun, hao stait op zien aigen gerechtighaid (Valthermond)
- geschel: Dat is door een geschel en een geroup, heuren en zein vergait joe (Barger Compascuum)
- gesten: Het gest door
- gezangenboek: Wat hes door een ol gezangbouk (Eelde)
- gloed: Vuur, door kun wal gloud in zitten (Barger Compascuum)
- gosiekerel: Door hej die gosiekerel ok weer (Barger Oosterveld)
- grap: Hij hef door een malle grap had