U zocht voorbeeldzinnen met daarin "muur"
Resultaten 41 - 60 van 74
- plug: Aj een spieker in de muur wil slaon, moej eerst een gat vèurboren en dan der een plugge inslaon (Beilen)
- reien I: De stucadoor gebruukt nog de rei um de muur te reien (Hooghalen)
- richten I: Met een touw en een stukkie holt de muur van het hoes richten (Norg)
- riesbessem: Met een riesbessem moej vlak vegen en ij moet hum aaid met de bessem umhoog tegen de muur zetten en (Sleen)
- schaven: Ik heb mij de kneukels schaofd an die muur (Eext)
- schietlood: Met het scheetlood gunk de tummerman aal kieken of de muur good recht stund (Beilen)
- schietschieve: Zie hadden de schietschieve an de muur vastmaakt (Zwinderen)
- schithak: Een schithak is een pèerd dat tegen de muur houwt (Sleen)
- schoegeln: Wij schoegelden even tegen de muur as wij jokkerij op de rug hebt (Borger)
- schrang: De muur stiet oet het schrang (Grolloo)
- schubbe II: Wij moet ies met de kalk op die muur an, der valt aal mor schubben of (Hooghalen)
- schuren: Die takken schuurt aal an de muur langs (Gasselte)
- sodemietern: Hij sodemieterde de fiets tegen de muur (Sleen)
- specie: Hej specie genog veur die muur? (Balloo)
- steekholt: Steekholt gebroekt ze bij het maken van een steiger; hij lig van de muur naor de anbinder (Weerdinge)
- steigerhoogte: De muur is op steigerhoogte (Rolde)
- stiens: Is dat een stains of een halfstains muur? (Eexterveen)
- störm I: De hiele muur is met die störm inwèeid (Odoorn)
- striekbalk: is een vloer- of zolderbalk, die langs de muur lig en ok wat dunner is as de aandern (Weerdinge)
- stukedoor: De stukedoor hef de muur ansmeten, mor het is wat bobbelig worden (Roderwolde)