U zocht voorbeeldzinnen met daarin "geregeld"
Resultaten 41 - 54 van 54
- tapperij: Die hef een stille tapperije, zegt ze van iene, die geregeld een drup an de neuze hef (Ruinerwold)
- tocht I: D. stiet geregeld op de tocht
- touw: Aj de pèerde geregeld umwisselt, wilt ze op beide touwen (trekken)
- verreppen: Wij mussen de zieke geregeld verreppen (Sleen)
- verschonen: IJ mut je geregeld verschonen, anders kriej ongemak (Schoonebeek)
- verstoken: As het boekweitveld vrogger ofbraand weur, mussen ze het vuur geregeld verstoken (Weerdinge)
- veurnimmen II: Ik mut mij geregeld veurnemen um niet kwaod te worden (Meppel)
- vreen: Zien pinken loopt geregeld langs de weg, hij mot beter vreen (Hijken)
- wandeln: Ik gao geregeld met de vrouw een èendtien wandeln (Exlo)
- wegbeun: De wegbeun meuj geregeld bijslichten (Odoorn)
- wezen II: Het zal wezen, wij wilt er vandeur (Klv), Ze wol niet meer bij hum slaopen, want het mus geregeld we
- windveer: De windveren hebt nogal wat te lieden, ie meut ze geregeld weer opschildern (Barger Oosterveld)
- zakken I: Zij drag geregeld een zakken magge (Kerkenveld)
- zoegfles: De zoegflesse muj geregeld uutkaoken (Ruinerwold)