U zocht voorbeeldzinnen met daarin "best"
Resultaten 281 - 300 van 404
- schoeven: Laot die man mar schoeven, hij redt zich best (Coevorden)
- schoft I: Dat is al een best schoft leden dat wie mekaar zein hebt (Barger Compascuum)
- schottern I: Hij löp niet best, hij schöttert er over (Ruinen)
- schrappen: Aj neie erpel eet, kuj ze best schrappen
- schrikachtig: Het jonge peerd bevölt eerst meraokel best, mar zo iniens wörde hij schrikkerig (Havelte)
- schudden: Vlidden jaor schudden de erpel goed en dit jaor hef de rogge best schud (Sleen)
- slaag: Hij hef een best pak slaag had (Hoogeveen)
- slagwark: Het slagwark is nog best, maar het mut ies esmeerd worden (Noordscheschut)
- slaotjekauwer: Het was aans een best peerd, maor wel een slaotjekauwer (Eexterveen)
- slurf: Aj in de slurf van een windhoos terecht komt, binj neet zo best oet (Hijken)
- smeigeln: Zit maor niet langer te smeigeln, ik wit best waj wilt (Beilen)
- snaorske: Zij kan best mit heur snaorske opschieten (Diever)
- spattern: Vörmknopen wolden heil best spattern, mor houdjeknopen nog beter (Emmer Erfscheidenveen)
- spreken: Hie sprek niet best, hie zit nog wal is wat te hottern (Exlo)
- spul I: Hij mag best veur de dag kommen; hij hef zien spullen goud veur mekaor (Roswinkel)
- stee: Het komp oons op e stee niet best gelegen
- stellen I: Ik kan niet best meer stellen (Eext)
- stiekel I: Het is niet zo best aj zoveule stiekels in het laand hebt. Der bint blauwe en witte stiekels (Hijken)
- stofdoek: IJ kunt van die lap nog best een stofdoek maken (Dalen)
- stram: Dat pèerd lop niet best, hie is aordig stram (Oosterhesselen)