U zocht voorbeeldzinnen met daarin "beter"
Resultaten 241 - 260 van 394
- opvoeden: As zie die kinder niet beter opvoedt as die honden, dan wordt het daor wal wat! (Sleen)
- overwegen: Aw dat een beetien beter overweugen hadden, haw het aans daon
- overwegen: Dat mus ik beter overwogen hebben (Roden)
- pantoffel: Mit dei steinen vloeren kuj beter pantoffels aantrekken (Barger Oosterveld)
- passen: Aander week betaolen, dat zul mij beter passen (Norg)
- pèerdemiddel: De dokter hef mij een pèerdemiddel geven en toen was ik eerder weer beter (Weerdinge)
- pekelhering: Ik geleuf dat dat wicht beter op de rugge liggen wil as een pekelhering (Sleen)
- perennat: Dat perennat kuj beter opdrinken (Sleen)
- permoter: Die permoter wus alles beter (Balloo)
- pik I: Doe er maar wat mèer pik an, dan zit het beter (Zweelo)
- pikken I: IJ moet beter pikken, aans bin ij zo deur je neuten hen
- piltern: Wat lops weer te piltern, hest gien beter kleid? (Barger Oosterveld)
- pissen: IJ kunt er beter van pissen as van een körstien brood
- prikkel: Dat was een prikkel um beter zien best te doun (Gieten)
- proemenboom: De proemenboom inkarven, dan drag e beter (Coevorden)
- profeet: Wat een profeet, bah. Aaid alles beter weten (Eext)
- prutsen: Hie hef zölf an de klok zitten te prutsen en daor is e niet beter van worden (Sleen)
- pumpeln: Pumpeln kan hij beter as warken (Pesse)
- puree: Die erpel moej beter stampen, aans bint ze niet lekker veur puree (Emmen)
- Putten, van: Van Putten wet het altied beter