Ook: pije(r) (Zuidwest-Drenthe Zuid), pijer
pij
Die pater mag ok wel ies een neie pij hebben (Klazienaveen)
korte jas van dikke, grove wollen stof(Zuidwest-Drenthe)
Hij hef een dikke pije an (Zuidwolde)
Wat een dikke pije van een jasse (Ruinerwold)
pijer van een jasse (Hollandscheveld)