Ook: busse (Zuidwest-Drenthe)
bus
Ik moe de bussen nog schuren
je kunt me wat
De suker bleef mooi dreuge in de busse (Hoogeveen)
As kinder meuiken wij een bus van vleerholt
z. ook
Woj die breef even op de bus doon? (Beilen)
Wij èet vanaovend gorte uut de busse
[stoten bij het biljarten]
Dat verhaal, dat doe vertelts, klopt as een bus (Barger Oosterveld)
Het slöt as een busse
is mij ontglipt
autobus
Wij moeten even met de busse met (Klazienaveen)
IJ moet op tied wezen, aans mis ij de bus (Padhuis)
onderling ziekenfonds of verzekering(Zuidwest-Drenthe Zuid)
Hej hum ok verzekerd? Dat zit wel goed, da's in de busse
'spel' waarbij een kind aan het hoofd wordt opgetild (Rui), z. ook
geweer
Zie ook:schacht(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
Het bussien is van de penholder of (Sleen)
aardappelboor(Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidwest-Drenthe)
Zij paotten de eerpels mit de busse (Ruinerwold)